Dag 7 Fietsen tegen de sterren op

Natuur is duur

Om zes uur gaat mijn wekker weer vrolijk tekeer. Ik zou liever nog wat blijven liggen. Ik ben nog steeds moe en het is zondag. Maar niks aan te doen, er staat weer een lange rit voor de boeg. Als ik door het venster naar buiten piep zie ik een diep blauwe lucht. Dat stemt me vrolijk. Ik dacht dat ik geen zon meer ging zien. Ik geniet van het heerlijke ontbijt dat mijn gastvrouwen hebben klaargezet en pak mijn spullen. Stilletjes verlaat ik het huisje. Iedereen slaapt hier nog. Ah ja, het is zondag hé.

Hilversum ligt er verlaten bij. Alleen baan ik me een weg door de stad. Kijk, dit is nu eens heerlijk fietsen door een anders zo drukke stad. Eens daarbuiten rijd ik over rustige wegen. De zon doet wat ze moet doen en ik geniet met volle teugen. Ik rijd door een strook die omgeven is door water: Breukeleveen. Maar jammer genoeg kan ik maar af en toe een glimp opvangen van al die pracht. Huis na huis ligt hier voor het water. En het zijn grote, mooie huizen. En de auto’s vertellen ook veel: Mercedes, Jaguar, Porsche… Als je hier wil genieten van de pracht van het water, moet je daar een dure prijs voor betalen blijkbaar.

Mijmeren

Als ik op een plaatsje kom dat me zo een rustgevend gevoel geef, besluit ik er te stoppen en even gaan te zitten en te genieten van de zon die het landschap stilletjes aan opwarmt. Terwijl ik hier zit begin ik al een beetje terug te kijken naar mijn tocht. Het is nu al een hele onderneming geweest. Ik heb veel mooie dingen gezien. Ik heb genoten en ik heb gevloekt. Maar dat hoort erbij. En dan de aandacht die deze tocht ondertussen toch wel heeft gekregen. Ik sta er nog altijd van te kijken. Maar nu heb ik even geen zin in aandacht. Ik denk eerder aan hoe het zou zijn met Rene, die om heel andere redenen op de fiets zit. En aan een vriend, die nu door waarschijnlijk de moeilijkste periode van zijn leven gaat. Hij heeft nu meer aandacht nodig dan ooit. Ik weet dat hij een geboren optimist is, dat hij kan vechten, en als hij ergens voor gaat dan doet hij dat ook. Doe dat nu ook maat, hoe hard het ook zal zijn. Deze duizend kilometer zijn voor jou en je gezin Patrick…

Appeltaart

In Woerden maak ik even gebruik van het draadloos internet om te skypen met het thuisfront. Daar gaan ze aan de feestdis zitten om Pasen te vieren. En rondom mij luiden de klokken. Maar paaseieren zijn er niet bij voor mij. Ondertussen zie ik in de verte de eerste wolken opduiken.

In Hekendorp kom ik een gezellig terrasje tegen en besluit ook hier weer even halt te houden. Ik bestel me een warme chocomelk met veel slagroom en een heerlijk stuk appeltaart. Ook voor mij is het zondag hé…. Even later sta ik dan weer voor een spoorovergang die helemaal is afgesloten. Dat wordt weer lekker omrijden.

Op het middaguur ben ik in Gouda. Veel valt er niet te beleven vandaag en ik moet toch wel verder gaan want het is nog een heel eind. Ik rijd verder langs de honderden grachten die de weilanden opsplitsen als een grote lappendeken. Om de dertig à vijftig meter loopt er een kilometerslange gracht doorheen het landschap. Mooi om te zien.

Twee voor de prijs van twee

De wind steekt de kop op. De Noordwester heeft plaats gemaakt voor een matige Zuidwester. Pech voor mij alweer. Het landschap is weer vlak. Als ik achter me kijk kan ik nog steeds de plek zien waar ik een uur geleden nog heb gefietst.

In Krimpen aan de Lek moet ik het veer nemen. Als ik aan de overkant ben zie ik dat eigenlijk nog steeds niet ben waar ik wezen moet. Ik vraag aan een voorbijganger hoe ik in Ridderkerk kom en hij wijst me naar een ander kleiner veerpontje dat aan komt gevaren. Als ik dat pontje weer neem, vaart het eerst naar de plek waar ik het eerste pont was opgestapt. Oké, ik heb de binnenvaart ook gesponsord vandaag.

In Ridderkerk kom ik bij het Planetarium Johannes Museum Postschool. Hier is niet alleen een planetarium. Dit is ook de plek waar Nederland de capitulatie ondertekende op 15 mei 1940. Het zal er toen wel drukker zijn geweest dan vandaag. Want het hek is dicht en ik zie geen beweging. Jammer. Dus gaat de rit weer verder.

Op, op, op

De laatste dertig kilometer voelen zwaar aan. Eerst moet ik nog door het stedelijk gebeid van Ridderkerk, Zwijndrecht en Dordrecht. Daar kom ik aan op een gigantische ophaalbrug. Ik kom net te laat voor een kiekje: de brug sluit net. Een gigantisch schip is juist onder de immense brug gevaren. Even later rijd ik over het Hollands Diep en daar zie ik voor de eerste keer een verkeersbord dat me doet vermoeden dat mijn tocht het einde nadert

Dan rijd ik weer door de open vlakten. De vermoeidheid slaat genadeloos toe. Ik ben helemaal op. Mijn benen voelen loodzwaar aan en mijn achterste doet ongelooflijk pijn. Vandaag is het te ver. En alsof het niet genoeg is moet ik over met kasseien beladen paden fietsen en rijd ik even later over fietspaden die gemassacreerd zijn door de worteldruk van de bomen. Zo fiets ik mijn eigen “Parijs-Roubaix” vandaag. Proficiat trouwens Tom…

De laatste vijf kilometer sta ik bijna constant recht. Het doet pijn aan mijn bovenbenen, maar mijn achterste doet nog meer pijn. Ik vecht tegen de wind die nu toch af en toe goed zijn best doet en dan kom ik eindelijk aan in Made. Hier overnacht ik op een woonboerderij.

Thuis

Ik krijg van de gastvrouw een lekkere kop koffie met cake aangeboden. Dat smaakt me. Ik begin al aan mijn verslag, want als ik me eerst moet gaan douchen komt er waarschijnlijk niks meer van in huis.  En over huis gesproken, ik wil nu toch wel thuis zijn. Het is mooi geweest. Ik ben gewoonweg doodop. Ik geniet nog steeds van al hetgeen ik zie, maar de lange afstanden iedere dag beginnen hun tol te eisen. Vandaag waren het 141 kilometer. Dat is ver. Gepakt en gezakt is dit ver.

Mijn gps zegt dat ik morgen 160 km moet fietsen. Mijn gps zegt wel vaker eens rare dingen. En dan ga ik gewoon op het ouderwetse gevoel af. Wedden dat ik er minstens 40 van af pik…